Technology on the shopping floor

technology on
the shopping floor

COLUMN /

Stefan de Jong

Op 5 december 2016 opende Amazon z’n eerste supermarkt: Amazon Go. Een (stads)supermarkt volgestouwd met technologie waarbij onder andere de producten die je uit het schap pakt automatisch worden toegevoegd aan het virtuele winkelmandje in de Amazon App. Enige tijd nadat de je winkel hebt verlaten wordt de inhoud van je mandje automatisch afgerekend via Amazon Payments. In de rij staan voor de kassa of self-checkout hoeft dus niet meer.

Als liefhebber van (technologische) vernieuwing was mijn eerste reactie was dan ook: Wauw! De kennis van Amazon, inclusief alle algoritmen, toegepast op een fysieke winkel! Maar kritisch als ik ben was mijn tweede reactie: “Wat wil Amazon ermee, maar vooral, wat schiet je er als consument nu eigenlijk mee op?”

In dit geval betekent het vooral dat je razendsnel je boodschappen kunt doen en je ergernis van het wachten bij de kassa kunt besparen. Heerlijk lijkt me dat! Ik ben namelijk zo iemand die het voor elkaar krijgt om altijd in de verkeerde rij te gaan staan. In het geval van boodschappen doen geloof ik absoluut in verregaande automatisering: het is immers een noodzakelijk kwaad waar je zo snel mogelijk klaar mee wil zijn. Oftewel: runshopping. Met alles wat dat proces kan versnellen ben ik, als extreem ongeduldig persoon, blij: Pin only kassa’s, self checkouts, heerlijk!

Maar bij het doen van de niet-dagelijkse aankopen kan nog veel verbeterd worden. Te vaak kom ik in een winkel en zijn de producten daar niet verkrijgbaar of niet op voorraad of sta ik voor mijn gevoel veel te lang in een rij te wachten voordat ik af kan rekenen. Gelukkig allemaal zaken die technologie op kunnen lossen. Online voorraden bekijken, self checkouts, digitale schermen met outfits en aankoopadvies, stop die winkels maar helemaal vol met technologie. Daar wordt een mens blij van!

En het kan nog efficiënter! Bij Lowe, een bouwmarktketen in de V.S., hebben ze nu in 11 winkels robots rondlopen die je helpen bij het vinden van producten. En dat doen ze ongetwijfeld beter dan de gemiddelde zaterdaghulp die in een Nederlandse bouwmarkt rondloopt. En Nestlé Japan introduceerde onlangs Pepper, een robot die Nescafe apparaten verkoopt. Een robot die je echt perfect kan voorlichten over de aankoop van zo’n apparaat.

Efficiënter ja, maar gezelliger wordt het er niet op. Want ondanks dat zo’n Pepper ongetwijfeld een boel weet over die apparaten is het praten met een robot niet iets dat mij direct aanspreekt. Als je de formules van Lowe, Nescafe of Amazon doorvoert verwordt een winkel al snel tot een ruimte met schappen vol met producten waar het zomaar kan gebeuren dat je zomaar geen mens tegenkomt. Oftewel een kille hal vol met technologie.

Als er geen personeel meer in de die winkel rondloopt, wat is dan nog de toegevoegde waarde? Het duurt vast niet lang meer voordat ik alles wat mijn hartje begeert online kan kopen en via same-day delivery thuis kan laten bezorgen. Ga ik wel lekker ergens een bak koffie drinken.

Hoe meer ik erover nadenk hoe minder blij ik word van al die efficiency. Sterker nog, de winkels waar ik echt blij van wordt als ik er kom zijn de ouderwets winkels met een toonbank. En een ouderwetse kassa (met contactloos betalen, dat dan weer wel). En personeel dat mij kent. De bakker, de slager, de kleermaker, schoenmaker en de slijter. Winkels met mensen die een praatje met je maken en waar je altijd langer blijft dan je van plan was. Winkels waar het fijn is om te zijn.

Technology on the shopping floor · Kega